Vanuit de overheid wordt ondernemerschap als prioriteit gezien. Ook zeker richting jonge starters. Quote ministerie Economische Zaken: ‘ Jongeren enthousiast maken voor ondernemerschap doen we uitdrukkelijk samen met het ministerie van Onderwijs. Nederland heeft er belang bij dat er meer mensen kiezen voor ondernemerschap. Als we geen ondernemers hebben, hebben we geen werkgevers en hebben we geen werknemers.
Het Geldmuseum in Utrecht achterhaalde de motieven van jongeren over ondernemerschap. Het museum is behalve een fantastisch (interactief) museum ook een instituut op het gebied van financiële educatie. Heleen Buijs, directeur, zelf verbaasd over het lage aantal jonge starters, initieerde een traject om te achterhalen of jongeren wel ondernemer willen zijn. Ze liet de MBO groep onderzoeken, een groep van in totaal ruim 300.000 jongeren tussen de 16 en 22 jaar die bij uitstek startende ondernemers zouden kunnen worden.
Uit het onderzoek blijkt dat jongeren een hoge interesse hebben in ondernemerschap. Meer dan de helft wil een eigen bedrijf. Jongeren geloven ook echt dat ze een ondernemer kunnen zijn, ook al zijn ze wel realistisch over het ontbreken van sommige competenties. Er blijken 3 typen jongeren gebaseerd op het kunnen en willen. De 1e groep is overtuigd van zichzelf, heeft vaak al een bedrijfje, willen ondernemer worden en kan dat. De ideeën liggen al op de plank. Een meisje uit het onderzoek wist al exact waar haar kledingwinkel zou komen en hoeveel personeel ze zou aannemen. De 2e groep wil het wel maar is onzeker of ze het wel kan. Die onzekerheid komt voort uit het gebrek aan kennis. De 3e groep heeft andere plannen, wil bij een baas werken en is vooral geremd door het (financiële) risico wat ze denkt te lopen.
Op sommige Mbo scholen loopt een traject van de Stichting Jong Ondernemen waarbij jongeren zelf een echt bedrijf starten. 65% is positiever gaan denken over ondernemerschap en 55% gaat hierdoor in de toekomst een eigen bedrijf beginnen.
Zeer opvallend was dat deze jongeren een negatief beeld hebben van het werken voor een baas. Deze jongeren willen zelf bepalen, meebeslissen, vrijheid en gelijkwaardigheid. Voor een baas werken betekent dat je moet doen wat er gezegd wordt. Ze spreken vanuit hun ervaring met stages en bijbaantjes. Een meisje werkt bij een supermarkt, haar baas gaf haar de opdracht om een schap bij te vullen. Daar had ze geen zin in en zei ”vraag het maar even aan iemand anders”. Ze was oprecht verbaasd dat de baas dat niet zo oké vond! Van de andere kant hebben deze jongeren ook een licht vertekend beeld van ondernemerschap. Vaak denken ze aan een groot bedrijf met veel personeel waarbij de baas alles beslist en niet zo veel hoeft te doen. Ook associëren ze ondernemen met veel geld verdienen.
Dus, jongeren willen wel echt zelfstandig ondernemer worden en denken het ook te kunnen maar hun zelfkennis en kennis over ondernemerschap is te laag. Hoe komt dat? Jongeren krijgen op school nauwelijks les over ondernemerschap, dat zit niet in het lesprogramma. Vanuit huis of de maatschappij is er ook nauwelijks aandacht voor en worden jongeren vaak ook niet gezien als ondernemer. Ze krijgen de financiën niet rond en hebben te weinig ervaring. Toch zijn er succesvolle initiatieven zoals microfinanciering waarbij jongeren wel geld kunnen lenen en gecoached worden door ondernemers.
Nederland heeft veel meer ondernemers nodig, dat zijn de toekomstige werkgevers! Het Geldmuseum in Utrecht heeft daarom in samenwerking met IJsfontein een strategie ontwikkeld en het initiatief genomen om met diverse andere partijen speciaal voor deze jongeren een programma te starten om het ondernemerschap naar de jongeren te stimuleren. We houden je op de hoogte van de voortgang.
Mylene Samuels, SAM Strategische marketing i.s.m. IJsfontein, in opdracht van het Geldmuseum in Utrecht.
Plaats als eerste een reactie
Ook een reactie plaatsen? Word lid van Adformatie!