Optimistisch Materialisme

Het beste strategische vakboek dat ik het afgelopen jaar heb gelezen, was Wij zijn ons brein van Dick Swaab. Hij stelt daarin dat onze persoonlijkheid vrijwel volledig wordt vastgelegd door genetische factoren in combinatie met biochemie die zich al vroeg in de baarmoeder ontwikkelt.

Helaas hebben we niet meer de rechten op de originele afbeelding
adformatie

Swaab is wat men noemt een ‘materialist’, en neemt daarbinnen een vrij extreme positie in. Deze stroming reduceert alles tot het standaardmodel van de deeltjesfysica. Zelfs onze geest wordt door de materialist gezien als een product van DNA, biochemie en uiteindelijk dus subatomaire deeltjes bestuurd door natuurkrachten.

Het materialisme heeft altijd veel tegenstanders gehad, en Swaab niet minder. Zijn invulling raakt diepe emoties met gevolgen voor religieuze dogma’s, politieke idealen, industriële belangen en strategisch management. Zo is er de Amerikaanse Droom die de baarmoeder negeert, oproept tot doorzetten en gelooft dat iedereen zichzelf kan kneden tot een charismatisch leider of een Nobelprijswinnaar. En het barst van de goeroes, boeken en cursussen die hiervan profiteren. Er zijn Spiritualisten die onze geest van het lichaam scheiden en naar de hemel willen laten varen. En als je Swaab’s bewijs wel omarmt, is er de angst voor een Oost-Duits regiem dat op basis van fysiologische kenmerken kinderen selecteerde voor bepaalde sporten, het waarschijnlijk injecteerde met een lading biochemische bonussen, en zo winnende schaatsers voortbracht die eigenlijk niet konden schaatsen.

Omdat sommige van deze bezwaren zeer serieus te nemen zijn, beschouwde ik mijzelf altijd als een gematigd materialist. Ik dacht: je kunt en moet mensen geen illusies ontnemen. We zijn en kunnen altijd veel meer dan we denken, en latente karaktertrekken kunnen geactiveerd worden.

Maar Swaab heeft me extremer gemaakt. Merkstatements als ‘en nu zijn we klantvriendelijk’ zou je in zijn visie kunnen vergelijken met een statement als ‘en nu zijn wij geen masculiene autisten’ meer. Tenminste, als klantvriendelijkheid een karaktertrek is dat net als autisme in de baarmoeder en het brein wordt vastgelegd, en mits ze iets met elkaar te maken hebben. Veel merkstrategieën en cursussen worden dan plotseling nogal naïef. Een krantenkop als ‘cultuuromslag bij banken’ gaat dan raar aanvoelen. Je zou dan liever lezen ‘alle bankmannen zijn gisteren vader geworden’. Als mannen vader worden, zakt namelijk hun testosteronspiegel aanzienlijk, en nemen andere hormonen het over die ze zorgzamer maken. Blijkbaar levert de samenwerking tussen masculien en feminien een ander karakter op. Ziedaar de mens.

Swaab perst de oppervlakkigheid uit ons vak en zet aan tot een diepere vorm van materiele zelfreflectie. Dit kan niet anders dan een grote sprong voorwaarts betekenen. Onze geest kan veel gemakkelijker barrières overwinnen als het inziet dat die een fysieke oorzaak hebben. Het verschil van inzicht tussen Johan Cruijff en Louis van Gaal wordt dan een schijngevecht tussen een briljante creatief (milde vorm van chaotische psychose) en een briljante technocraat (milde vorm van autistisme), dat in de baarmoeder is ontstaan. Cruijff zelf zou het misschien het verschil tussen een rechter en een linker hersenhelft noemen, hoewel wetenschappers hierover nog van mening verschillen. In ieder geval lijkt het onwaarschijnlijk dat Swaab zou adviseren één hersenhelft te amputeren. Mede dankzij hem zullen we veel betere strategische modellen krijgen, werkelijk talent zal eerder opbloeien, en de combinatie van de waarde van ieder mens zal veel duidelijker worden.

Lees dat boek dus. Het maakt je tot een optimistisch materialist.

Plaats als eerste een reactie

Ook een reactie plaatsen? Word lid van Adformatie!

Word lid van Adformatie → Login →
Advertentie