Premium

Rutte-III heeft mediabranche weinig te bieden

In het nieuwe regeerakkoord staat nauwelijks iets bruikbaars voor de mediasector. Dus komt het toch aan op zelfredzaamheid.

‘Vertrouwen in de toekomst’, heet het regeerakkoord dat VVD, CDA, D66 en ChristenUnie in oktober presenteerden. De media- en marketingsector heeft ongetwijfeld met belangstelling uitgekeken naar de inhoud. Maar veel inhoud is er niet.

Er staan vier korte punten in het regeerakkoord waar het volgende aan opvalt: ze hebben niet of nauwelijks betrekking op het grootste issue in de mediabranche, namelijk de groeiende invloed van internationale - lees: Amerikaanse - partijen als Apple, Facebook, Google, Netflix en straks ook Amazon.

Wel staat er: ‘De uitdagingen voor de journalistiek en mediabedrijven zijn enorm, op landelijk, regionaal en lokaal niveau. Grote internationale bedrijven domineren de markt wereldwijd en informatie is vaak direct gratis digitaal toegankelijk. Ruimte voor onafhankelijke onderzoeksjournalistiek en een stevige publieke omroep op alle schaalniveaus is hierdoor niet langer vanzelfsprekend, maar wel nodig vanwege het veranderende medialandschap. Daar willen we aan bijdragen in de komende jaren.’

In de andere drie alinea’s staat dat samenwerking (publiek en privaat) op lokaal en regionaal niveau wordt bevorderd, iets over financiering van lokale omroepen en investeringen in onderzoeksjournalistiek.

Publieke omroep met rust gelaten
Uit de paragraaf kun je destilleren dat de publieke omroep die onder de eerste twee kabinetten-Rutte de duimschroeven is aangedraaid, met rust wordt gelaten. De afgelopen jaren is er 200 miljoen euro bezuinigd en begin dit jaar werd bekend dat de VVD nog eens voor 300 miljoen wilde snijden. Dat is van tafel. Er moet een ‘stevige publieke omroep’ komen, of blijven. 

In het regeerakkoord staan dus alleen de grote lijnen. Mediaminister Arie Slob heeft zijn beoogde beleid nog niet toegelicht, maar zijn achtergrond kennende zullen er geen broekscheurende beslissingen worden genomen. Terwijl dat wel noodzakelijk is. Niet alleen de publieke omroep moet worden beschermd, de hele vaderlandse mediasector kan wel wat overheidssteun gebruiken. 

'Vitale sectoren'
Verderop in het regeerakkoord kunnen we wel lezen dat ‘vitale sectoren’ specifieke bescherming krijgen. Daarbij wordt in het midden gelaten welke sectoren dat zijn. Verderop op pagina 34 staat over die vitale sectoren: ‘Indien nodig worden er maatregelen getroffen.’ 

Zou het kabinet hier ook doelen op de media- en marketingsector? BNNVARA-directeur Gerard Timmer verzuchtte in een interview met Adformatie in augustus dit jaar: ‘Het wordt echt tijd dat men zich in Den Haag, maar ook bij onze commerciële broeders, niet alleen een mening vormt over de publieke omroep. We moeten ons eerder druk maken over de gezondheid van het Nederlandse medialandschap als geheel.'

Hij doelde daarmee op de dominante internationale spelers. ‘Die hebben een grotere invloed op het medialandschap dan wij hier op die paar vierkante kilometers in Hilversum. Laten we in onze handen knijpen met wat we nu hebben en bouwen in plaats van breken.’
Je kunt er van alles van vinden dat de NPO nog steeds is verdeeld in allerlei omroepen die vanuit de verzuiling komen - dat zal Slob overigens nog wel aanspreken – en met elkaar concurreren, Timmer heeft wel een punt. 

Tekst gaat door onder de afbeelding

Lokale uitgevers profiteren niet van online budgetten
Google, Facebook en de andere techreuzen slurpen internationaal naar schatting driekwart van de online reclame-inkomsten op. Ze leggen de markt hun wil op. In Nederland is dat niet anders. De digitale reclamebestedingen zullen ergens volgend jaar definitief groter zijn dan de offlinebestedingen (tv, radio, print, out of home). Lokale uitgevers profiteren nu niet van die digitale budgetten en zullen dat ook de komende jaren niet doen. Dat gaat uiteraard ten koste van hun winstgevendheid, met alle gevolgen van dien.

Dat heeft de afgelopen jaren al geleid tot een forse consolidatie, waarbij naast de NPO vijf grote partijen zijn overgebleven met Nederlandse publieksmedia: Talpa, de Persgroep, RTL, Sanoma en Mediahuis, waarbij alleen Talpa echt Nederlands is.
Verdere concentratie is de komende jaren onvermijdelijk. 

Voorsprong in data en kennis
Hulp komt mogelijk wel uit Brussel dat de macht van de techreuzen wil beteugelen. Maar dat is een lange stroperige weg, door de procedures die vaak jarenlang duren. Google ligt al meer dan een decennium onder een vergrootglas bij de Europese Commissie, maar er is nauwelijks beweging geweest.

Inmiddels hebben Apple, Google, Facebook en ook Netflix een enorme voorsprong in data en kennis, en die gaan de lokale publishers niet meer inhalen. Google en Facebook willen best samenwerken met lokale partijen, maar slechts op hun voorwaarden. En de verwachting is ook niet dat Netflix straks gaat pitchen bij Nederlandse producenten.

Samenwerken
Van Den Haag lijkt de mediasector het niet echt te moeten hebben, ook niet onder Rutte-III. De enige weg is die van samenwerking met elkaar, wat ook steeds meer gebeurt. Een veelbelovend initiatief is dat van Ruud Wanck (ex-GroupM) en Arno Otto (ex-RTL), samen met het Duitse mediaconcern ProSiebenSat.1. Ze zijn afgelopen zomer SNDC8 begonnen om op Europees niveau de grote traditionele mediaspelers samen te brengen om digitaal een grotere rol te kunnen gaan spelen.  

Er staan ook andere samenwerkingen op stapel, op het gebied van digitale inkoop en het koppelen van data. Maar de urgentie voor dergelijke initiatieven is zeer groot. Afwachten kan niet meer.

 


Mediaparagraaf 1.7 uit het regeerakkoord

- De uitdagingen voor de journalistiek en mediabedrijven zijn enorm, op landelijk, regionaal en lokaal niveau. Grote internationale bedrijven domineren de markt wereldwijd en informatie is vaak direct gratis digitaal toegankelijk. Ruimte voor onafhankelijke onderzoeksjournalistiek en een stevige publieke omroep op alle schaalniveaus is hierdoor niet langer vanzelfsprekend, maar wel nodig vanwege het veranderende medialandschap. Daar willen we aan bijdragen in de komende jaren.
- De komende periode werken we aan voldoende onafhankelijk journalistiek aanbod op lokaal en regionaal niveau. Samenwerking (publiek en privaat) op lokaal en regionaal niveau wordt bevorderd. Een voorbeeld daarvan is de realisatie van regiovensters op de kanalen van de NPO in de komende kabinetsperiode.
- De afgelopen periode is een belangrijke stap gezet in de samenwerking tussen regionale omroepen door de vorming van de Regionale Publieke Omroep (RPO). Op lokaal niveau worden steeds meer streekomroepen gevormd. Omdat dit bijdraagt aan de professionalisering, beraadt het kabinet zich op de wijze van organisatie en financiering van de lokale omroepen.
- Daarnaast trekt het kabinet geld uit voor de bevordering van onderzoeksjournalistiek. Deze vorm van journalistiek staat onder druk, maar is van vitaal belang voor de controlerende taak die de journalistiek heeft. Daarbij acht het kabinet de interne ombudsfunctie van groot belang.
- Persvrijheid staat in steeds meer landen onder druk. Nederland blijft zich inspannen om bedreigde journalisten in het buitenland te beschermen.
 
 

Foto Arie Slob: ANP.

premium

Word lid van Adformatie

Om dit artikel te kunnen lezen, moet je lid zijn van Adformatie. 15.000 vakgenoten gingen jou al voor! Meld je ook aan met een persoonlijk of teamabonnement.

Ja, ik wil een persoonlijk abonnement Ja, ik wil een teamabonnement
Advertentie