Première op Twitter

“Komt @cjblom uit jouw keuken”, tweette @janneke74.
Ik wist niet waar zij het over had, maar nadat ik het profiel van @cjblom">@cjblom had bekeken, en in mijn achterhoofd terstond een pan bremzoute bouillon begon te koken, dacht ik, ja, zij had zomaar gelijk kunnen hebben.

Tijdens lezingen over online marketing vraag ik het immers regelmatig aan bedrijven: ‘Waarom wekken jullie je karakters uit jullie campagnes niet online op Twitter creatief tot leven’.
Na zo’n vraag valt vaak een stilte, en kijken toehoorders mij aan alsof ik hen aanmoedig een gratis brand-event te organiseren in Hoek van Holland.
Toch heeft Unilever het idee opgepakt. "Als eerste merk op Twitter", meent Danny van de Wetering van Cup-a-Soup reclamebureua TBWA\Neboko.
Want misschien kent u het wel, dat nieuwe spotje van Cup-a-Soup waarin ‘directeur’ Cees Jan Blom in een te old skool krijtstreep zijn excuses aanbiedt voor de kredietcrisis en ander maatschappelijk-economisch leed.
Allemaal de de schuld immers van zijn Boekelo-rijke instantsoepjes die van managers superscherpe en alerte John de Managers maakten die wilden winnen ten koste van alles.
En we weten allemaal tot wat voor crisis dat leidde.
Een sorry daarom, van Cees Jan. En een nieuwe Cup-a-Soup die minder draait om ikke-ikke, eentje met meer smaak en gevoel, en zonder smaakversterkers.
En kijk, de smaak werkt. Managers worden aardiger en softer, en ze kleuren de bonuswereld kinderboerderijvriendelijk.
Tsja.
Met terugwerkende kracht wordt het spotje door de inzet van sociale media toch leuk, want kijk, daar heb je Cees-Jan, met een profiel op Hyves, Twitter en Facebook, enkele filmpjes op YouTube en een site waar hij alles bij elkaar blogt.
De tweets beginnen na drie dagen langzaam op te vallen, vertelt Danny van TBWA\Neboko. Op Twitter krijgt @CJBlom steeds meer volgers, maar de filmpjes, ja, die kunnen wel wat beter worden bekeken. Danny: “Eens kijken hoe lang we dat tweeten kunnen volhouden zonder dat de creatieve kaars dooft. Ook verscheen er een long copy tekst in verschillende dagbladen en hebben we banners geplaatst op de online economiepagina’s van onder meer NRC en Nu.zakelijk waarin we reageren op financieel nieuws.”
Online reclame: het is minder meetbaar, en minder te regisseren, wisten ze bij Unilever ook, allemaal eng en je moet maar afwachten of het iets oplevert: “We moesten ze bij Unilever voor een online doorvertaling van de campagne dan ook echt overhalen.”
Het scheelt dat Cup-a-Soup een warm imago heeft, merkte Danny bij de opnames van een YouTube-filmpje op de Amsterdamse Zuidas, zeg maar de as van het kredietcriskwaad.
“Voorbijgangers snapten de actie en vinden Cup-a-Soup een sympathiek merk.”
Duimendraaiend: “Ik hoop dan ook dat ze bij het mediabureau Mindshare de effecten van de online campagne gaan meten. Ook voor de toekomst om te vertellen hoe en of adverteren in social media werkt.”
Toch complimenten voor die overwegend conservatieve Unilever-marketeers. Zal wel door die nieuwe smaak van Cup-a-Soup komen. Alhoewel ik managers liever echte soep aanraad.
Die van de Kleinste Soepfabriek bijvoorbeeld.
Die heeft geen crossmediale campagne nodig, maar verkoopt zichzelf.