Wees een goed ambtenaar

De rijksoverheid vat haar richtlijnen voor (deelname aan) online communicatie door ambtenaren samen in één zin: "Wees een goed ambtenaar." Een simpel maar doeltreffend devies. En een lichtend voorbeeld. Want het rekent in één keer af met de angstige hijgerigheid en overspannen controledrang die communicatieafdelingen kenmerkt rond social media. De vraag is wel: zijn de uitgangspunten voldoende duidelijk en richtinggevend?

Helaas hebben we niet meer de rechten op de originele afbeelding
adformatie

VoRa: geen specifieke nieuwe regels nodig voor ambtenaren op internet
De VoorlichtingsRaad (VoRa) stelt dat ambtenaren ambassadeurs zijn van hun organisatie. Dat betekent dat zij zich te allen tijde zorgvuldig, betrouwbaar en respectvol opstellen. Natuurlijk moeten ambtenaren zich wel bewust zijn van de specifieke kenmerken van social media (in de uitgangspunten consequent aangeduid met de wat vagere term 'web 2.0'), en zich telkens afvragen wat wel en niet kan. Maar wel binnen de normale gedragsrichtlijnen, want er zijn volgens de VoRa geen specifieke nieuwe regels nodig voor ambtenaren op internet: "Er is geen wezenlijk verschil is tussen het traditionele gebruik van offline media en online communicatiemiddelen." En dus is "wees een goed ambtenaar" een voldoende helder devies.

Belangrijke bron van informatie voor nieuw beleid
De VoRa ziet een duidelijke verschuiving van de functie van internet. "Voorheen was het internet vooral een middel voor het verspreiden van informatie; sinds web 2.0 is het vooral een sociaal netwerk." De VoRa beschouwt internet - of eigenlijk: web 2.0 - dan ook als een belangrijke bron van informatie voor nieuw beleid. "Inzicht in de sentimenten en standpunten van publiek en deskundigen is nodig om beleid te maken dat wordt geaccepteerd. Websites en e-mail voldoen dan niet meer", aldus het nieuwsbericht op Communicatieplein.nl. Ook dat statement getuigt van goede wil.

Bespeuren wij daar toch een kleine twijfel?
Hoe stoer het ook van start gaat, toch krabbelt de VoRa aan het eind van het verhaal een beetje terug, door te zeggen dat het raadzaam is om "het aantal ambtenaren dat uit hoofde van hun functie online actief is (in eerste instantie) te beperken". Want het gaat om "nieuwe ontwikkelingen waarvan de effectiviteit nog niet volledig duidelijk is". Jammer. Dat haalt het bovenstaande toch een beetje onderuit.

Zijn de uitgangspunten wel duidelijk genoeg?
Überhaupt vraag ik mij af of de ambtenaren in alle gevallen met de uitgangspunten uit de voeten kunnen. Neem een uitgangspunt als:

"Gericht en gedoseerd participeren - stel jezelf steeds de vraag of je bijdrage effectief is, wat deze betekent voor je departement, je bewindspersoon en voor de andere deelnemers"

Hier liggen de verschillende interpretaties voor het oprapen. Iets meer toelichting, iets meer handvatten, was hier denk ik wel zinnig geweest. Hoe zorg je er voor dat je voldoende rekening houdt met de effectiviteit van je bijdrage, zéker voor de andere deelnemers? Hoe bepaal je dat? Waar let je op?

Handvatten om een scherpere afweging te maken
Het was zinnig geweest om de ambtenaren die handvatten te geven door bijvoorbeeld te adviseren de volgende vragen voor zichzelf te beantwoorden:

- In welke context staat dit onderwerp voor de deelnemers aan mijn discussie?

- Hoe wordt er over gesproken? Is het heersende gevoel positief of negatief?

- Wat betekent dat voor de zwaarte die er aan mijn deelname, opmerkingen en informatie wordt toegekend?

- En wat betekent dat voor hoe ik mij het beste kan opstellen?

Dit zijn cruciale vragen om écht waardevolle bijdragen te leveren, en tegelijkertijd niet op je bek te gaan als ambtenaar.

Vertrouwen in eigen beoordelingsvermogen - heerlijk!
Evengoed, als puntje bij paaltje komt, vind ik het - nogmaals - erg sterk dat de richtlijnen zo beknopt en simpel zijn. Dat er - in principe - geen krampachtige controle plaatsvindt op wat ambtenaren online doen. Anders gezegd: dat ambtenaren het vertrouwen krijgen dat ze zélf in staat zijn om goede afwegingen te maken. Kom daar eens om, bij de gemiddelde organisatie. Een goed advies krijgen ze nog wel: "Neem bij twijfel contact op met je leidinggevende en de directie Communicatie."

Nu maar hopen dat vooral die leidinggevenden hetzelfde, verlichte uitgangspunt als de VoRa (durven te) hanteren...

Naschrift 20 juli 2010
Toen ik bovenstaand artikel schreef, was het de Dienst Publiek & Communicatie kennelijk nog niet gelukt om de héle richtlijn te publiceren. Want wat er nu staat is nog wat uitgebreider dan afgelopen vrijdag. Daarmee blijkt ook mijn punt over 'voldoende handvatten' licht achterhaald.

Plaats als eerste een reactie

Ook een reactie plaatsen? Word lid van Adformatie!

Word lid van Adformatie → Login →
Advertentie