Premium

Unilever verliest zaak om slogan, maar had net zo goed kunnen winnen

To be released or to be unleashed.

Tekst: Bas Kist*

Unilever krijgt geen Benelux-registratie voor het merk ‘Release the Beast’. Volgens het hof Den Haag lijkt dit merk te veel op ‘Unleash the Beast’, een ouder merk van drankenfabrikant Monster Energy. Unilever gebruikt de slogan voor zijn internationale reclamecampagne voor Magnum-ijsjes.

In eerste instantie had het Benelux-Bureau voor de Intellectuele Eigendom BBIE nog bepaald dat Unilever geen merkinbreuk pleegde, omdat het om verschillende producten ging : ijsjes versus drankjes. Maar eind juli 2017 oordeelde het gerechtshof anders.

Volgens het hof moeten ijsjes en drankjes in juridische zin wél gezien worden als dezelfde soort producten. Ze zijn uitwisselbaar en concurrerend: wie verkoeling zoekt koopt een ijsje of een drankje, aldus het hof. Bovendien worden ze via dezelfde distributiekanalen verkocht en is er een trend dat drankproducenten via line extensions ook ijs verkopen. Om die reden bestaat het gevaar dat de merken Unleash the Beast en Release the Beast worden verward.

 Dat twee gespecialiseerde instanties als het BBIE en het gerechtshof Den Haag tot uitspraken komen die haaks op elkaar staan, is overigens niet vreemd. Het laat zien dat er binnen het merkenrecht enorme ruimte is voor subjectiviteit. Die doet zich niet alleen voor bij het beantwoorden van de vraag of twee merken te veel op elkaar lijken, maar vooral ook bij de vraag of het om dezelfde soort producten gaat. Als je beide vragen met ‘ja’ kunt beantwoorden, is er sprake van verwarringsgevaar en een merkinbreuk.

In dit conflict was de vraag of de merken te veel lijken eigenlijk niet zo spannend. Natuurlijk zitten Release the Beast en Unleash the Beast dicht tegen elkaar aan. Veel moeilijker was de vraag of het om soortgelijke producten gaat. Nee volgens BBIE, ja volgens het hof.

Maar het kwartje had ook de andere kant op kunnen vallen. Ik heb eens een onderzoekje in Europa gedaan om te zien hoe andere rechters en merkenbureaus in de Europese Unie aankijken tegen eventuele soortgelijkheid van ijs en softdrinks. Opvallend: in de ruim 50 Europese uitspraken die ik vond, blijkt slechts 24 procent van de rechters ijs en softdrinks als dezelfde soort producten te zien, net als het Hof Den Haag. Maar liefst 76 procent denkt daar echter anders over.

*Mr. Bas Kist is partner merkenbureau Chiever

premium

Word lid van Adformatie

Om dit artikel te kunnen lezen, moet je lid zijn van Adformatie. 15.000 vakgenoten gingen jou al voor! Meld je ook aan met een persoonlijk of teamabonnement.

Ja, ik wil een persoonlijk abonnement Ja, ik wil een teamabonnement
Advertentie