Omgaan met treiterjournalistiek? Een kwestie van trainen!

Lastig journaille zal er altijd zijn. Het is aan de professional daar 'calm and collected' mee om te gaan. Jan-Willem Wits geeft tips.

VVD-woordvoerder Kees Berghuis smijt microfoon Left Laser weg
screenshot Left laser

Door Jan-Willem Wits

Left Laser heeft weer toegeslagen. Twee maanden nadat De Balie-directeur Youri Albrecht woest de microfoon van de verslaggever van het linkse mediakanaal op de grond smeet, was dit keer Kees Berghuis, hoofd voorlichting van de VVD Tweede Kamerfractie, aan de beurt. Na een opdringerige, maar vergeefse poging om fractievoorzitter Sophie Hermans kritische vragen te stellen, probeerde de verslaggever het bij de woordvoerder. En boing!, daar vloog de microfoon opnieuw door de lucht. Een tweet van Tim Hofman met de video over het incident ging ‘viral’ en werd meer dan een miljoen keer bekeken. 

Treiterjournalistiek is niet van vandaag of gisteren. Al in de jaren negentig van de vorige eeuw gaven PR-adviseurs trainingen hoe organisaties een bezoek van Pieter Storms konden overleven. Voor het programma Breekijzer stond Storms steevast onaangekondigd op de stoep en bleef net zo lang aandringen totdat iemand hem te woord wilde staan én het probleem waarvoor hij kwam, oploste. Daarna trokken veel journalisten in zijn spoor verder. Rob Muntz, Rutger Castricum, de verslaggevers van PowNed en de Jakhalzen en zelfs Tim Hofman passen in dit rijtje. De manier waarop verschilt, maar het principe is steeds hetzelfde: stalken, onverwacht opduiken, zuigen, drammen, treiteren en volledig gesloten vragen (‘vindt u uw eigen gedrag niet walgelijk?’). Ook gerenommeerde journalistieke rubrieken werken soms met varianten op dit thema, bijvoorbeeld door eindeloos dezelfde vraag te herhalen. 

De slag om Nederland

Om het verwijt van de beste stuurman die zelf aan de wal staat te pareren, deel ik meteen een eigen ervaring. Het kersverse VPRO-programma De slag om Nederland, besteedde de eerste uitzending aan de verhuizing van het hoofdkantoor van KPMG naar een nieuwe locatie, enkele honderden meters van het oude kantoor. Daarmee konden bedrijven veel geld verdienen, aldus de redactie, maar bleven verweesde kantoorkolossen leeg achter. De redactie had maanden research in het item zitten maar wilde al enkele dagen na het eerste contact met KPMG langskomen voor een interview. Het werd een onplezierig gesprek met bitse vragen en vage antwoorden in mijn rol als KPMG-woordvoerder, mede vanwege een falende voorbereiding. Nadat het interview klaar leek, zag ik in een ooghoek dat het cameralampje nog aanstond. Daarom hield ik mijn adem in en bleef een briesende nabeschouwing uit. Dat maakte het gesprek er overigens niet beter op. 'Mijn vader was op televisie maar wist heel veel dingen niet', zei mijn toen negenjarige zoon de volgende dag op school. 

‘Spark things up’

Bij de ophef die rond filmpjes zoals die van de makers van Left Laser steevast ontstaat, is er altijd wel iemand die de vraag stelt of dit wel gaat om echte journalistiek. Left Laser is een door het communisme geïnspireerd mediaplatform dat zich profileert als ‘linkse propaganda’ onder het motto ‘Let’s spark things up’. Dat vertaalt zich in een vorm van activistische journalistiek die nogal afwijkt van de keurige ‘neutrale’ werkwijze die we van de meeste media kennen. Daar zijn ze ook helder over. Maar daarmee is het nog niet te diskwalificeren als non-journalistiek. Of journalisten het neutrale pad van geduld en fatsoen bewandelen, maken ze zelf wel uit. De kern blijft hetzelfde: journalisten stellen vragen en wachten op een reactie. 

Effectbejag

Journalistiek is een vrij beroep zonder vastgestelde normen. Veel media hanteren wel een aantal basisprincipes, zoals hoor en wederhoor, maar die zijn niet opeisbaar. Dat er een grote variëteit bestaat in de manieren waarop journalisten menen dat zij hun vak moeten uitoefenen, is daarom voor iedereen die professioneel met journalisten te maken heeft - zoals politici, persvoorlichters en bestuurders - een gegeven. Natuurlijk, dit soort journalistiek is uit op effectbejag, met als doel om iemand uit balans te brengen en het liefst een woede-uitbarsting te ontlokken. Dat levert vaak leuke televisie en hoge kijkcijfers op… Van professionals mag je niettemin verwachten dat zij met dat soort lastige situaties uit de voeten kunnen. Daar ligt ook, wat mij betreft, meteen een grens: als woordvoerder moet ik soms een stootje incasseren, zelfs onder de gordel. Maar wanneer journalisten op deze manier ‘onschuldige’ omstanders pakken, zoals een receptionist of een secretaresse, dan krijgen ze het met mij aan de stok. In mijn ervaring wordt dat ook (bijna) altijd geaccepteerd. 

Enkele tips: 

(1)    Gebruik geen geweld: dat klinkt misschien als een open deur en geldt voor iedere situatie maar telt des te meer wanneer je het ‘op camera’ doet. Left Laser heeft zo’n zevenduizend volgers maar mede met dank aan Tim Hofman en anderen op sociale media, hebben ze nu een miljoenenpubliek bereikt. Dat was nooit gebeurd wanneer Sophie Hermans een nietszeggende quote had afgegeven en de woordvoerder zijn handen had thuisgehouden. Bij geweld tegen een journalist (of diens apparatuur) weet je ook meteen dat je de beroepsvereniging van journalisten, de NVJ achter je aankrijgt. Dan wordt de vlek alleen maar groter. 

(2)    Blijf weg van de journalistieke integriteit: in het moeizame gesprek voorafgaand aan de ‘vliegende microfoon’ sprak Sophie Hermans van 'cynische journalistiek' en zei ze geen respect te hebben voor journalisten die 'geen respect hebben voor de VVD'. Dat zijn merkwaardige en tenminste onhandige uitspraken. Een interview is geen gelijkwaardig gesprek op basis van wederzijds respect. Journalisten hebben de taak om kritisch en lastig te zijn, impertinente vragen te stellen en vol te houden wanneer iemand niets wil zeggen. Dat doet iedereen op een eigen manier. Laat het oordeel over aan het publiek maar diskwalificeer niet zelf een journalist die mogelijk een andere beroepsopvatting heeft dan jij. 

(3) Wis al je vooroordelen: treiterjournalisten werken vaak op een vast territorium (zoals het Binnenhof) en zijn al snel breed bekend van eerdere producties. Dat zorgt al meteen voor dikke stress wanneer zo’n beruchte journalist voor je neus staat. Ook Sophie Hermans gaat meteen in de weigerstand nog voordat de verslaggever een vraag heeft kunnen stellen, mogelijk vanwege een eerdere video die hij maakte rond een VVD-congres waarbij Rutte nauwelijks zijn irritatie kon verhelen (zie hieronder). Probeer al dat soort beelden te wissen en ga zonder vooroordelen het gesprek aan. 

(4) Sta stil: de natuurlijke neiging om aan dit soort journalistiek te ontsnappen, is door weg te lopen. Dat zorgt meteen voor het beeld van een vlucht maar leidt ook tot minder concentratie, alleen al omdat je aan het opletten bent of je nergens tegenaan botst... Stop gewoon met lopen, ga stevig en ‘geworteld’ op de grond staan, blijf rustig ademhalen en concentreer je op de interviewer. Dat biedt al een betere basishouding dan een paniekdrafje. 

Dat het ook anders kan, laat Wopke Hoekstra zien in zijn gesprek met Left Laser. 'Je mag zo kritisch zijn als je wilt', begint hij al meteen goed. Staat stil, blijft ontspannen, laat zich niet uit de tent lokken, wint tijd door te zeggen dat hij de vraag eerst goed moet bestuderen. Er hebben dan ook nog geen duizend mensen naar de video gekeken.. Complimenten!

Wopke laat zich niet uit de tent lokken

(5) Alleen de montage telt: het succes van dit soort video’s wordt bepaald door wat er in de montage gebruikt kan worden. Ook een kort fragment van een veel langer gesprek, bijvoorbeeld wanneer het geduld uiteindelijk op is en je stevig uitvalt, kan genoeg zijn voor een clusterbom op sociale media. Blijf daarom rustig en herhaal steeds dezelfde boodschap, telkens met een glimlach. Zelfs als de vraag al tien keer voorbij is gekomen of er opeens een geheel andere, onverwachte en ‘brutale’ vraag volgt na een verder kalm gesprek. Zit het tot het einde uit en ga niet in discussie wanneer je denkt dat het interview is afgelopen. Uithuilen en boos worden doe je thuis maar. 

(6) Hou de beveiliging weg: de verslaggever van Left Laser bevindt zich op de openbare weg en staat bij de uitgang van het gebouw van de Tweede Kamer. Dat is een volstrekt normale plek voor journalisten om te wachten tot een politicus naar buiten komt. Iedere politicus weet daarom dat zij of hij het risico loopt op een confronterend interview en kan een alternatieve route kiezen zonder mediagevaar. Dat is anders wanneer journalisten opeens bij een bedrijf voor de deur staan. Al sinds de Pieter Storms-methode klinkt daarbij als advies: stuur geen beveiligers op journalisten af. Beveiligers hebben als belangrijkste taak om ongewenste indringers zo snel mogelijk naar buiten te werken en dat is met een draaiende camera nu juist het slechtste wat je kunt doen. Bel ook niet met de politie, zelfs als je vindt dat er sprake is van huisvredebreuk. Wanneer journalisten als ongenode gasten over de vloer komen, doe je er het beste aan om ze met alle egards te ontvangen. Zet ze in een kamertje, geef ze koffie en zorg dat ze antwoorden krijgen op de vragen die ze bij zich hebben. 

(7) Ga voor remise: soms is het niet mogelijk om goed uit een treiterinterview te komen, bijvoorbeeld omdat je nu eenmaal weinig kunt zeggen vanwege juridische redenen. Ga dan niet alsnog proberen te scoren maar hanteer een defensieve strategie. Blijf bij je antwoord, wees even vriendelijk als resoluut en hou het kort. Wanneer een journalist te veel doordramt, kan de sympathie van de kijker zich ook tegen haar of hem keren. 

Trainen, trainen, trainen

Het allerbelangrijkste advies: trainen, trainen, trainen. Als een geïnterviewde een journalistiek gevecht verliest, valt haar of hem maar één ding te verwijten: een gebrek aan goede voorbereiding. Geef nooit journalisten de schuld van je eigen falen! Zelfs als een journalist bloedirritant is, zuigt, dramt en treitert, kan je je daarop voorbereiden. Gewoon door het, desnoods eindeloos, voor te bereiden in een rollenspel waarbij iemand anders genadeloos de journalistieke beulenrol vervult. 'En ik betaal je hiervoor?!', brieste een rood aangelopen bestuursvoorzitter eens woedend na een mediatraining waarbij ik het bloed uit zijn nagels trok. Het echte interview daarna was een peulenschilletje. 

Jan-Willem Wits is zelfstandig communicatieadviseur en werkt voor uiteenlopende bedrijven en (maatschappelijke) organisaties. In het afgelopen jaar was hij woordvoerder van Johan Remkes bij zijn ‘stikstofgesprekken’ en aansluitend woordvoerder van het secretariaat voor het Landbouwakkoord. 

Plaats als eerste een reactie

Ook een reactie plaatsen? Word lid van Adformatie!

Word lid van Adformatie → Login →
Advertentie