Farmaceuten geven namen van adviseurs niet prijs

Grote farmaceutische bedrijven willen geen inzage geven in wie er in hun medische adviesraden zitten. DGV, het Nederlands instituut voor verantwoord medicijngebruik, had hun om een lijstje gevraagd. Het probeert in kaart te brengen welke artsen en apothekers betaalde adviezen geven over medicijnen.

Helaas hebben we niet meer de rechten op de originele afbeelding
adformatie

DGV vindt dat dit soort informatie openbaar moet zijn. In mei van dit jaar zei minister Ab Klink van Volksgezondheid hetzelfde. Hij wil dat farmaceutische bedrijven alle betalingen aan artsen en wetenschappers bekendmaken. De minister voelt het meest voor een wettelijke regeling, maar eerst wil hij praten over zelfregulering.

Duidelijkheid over betalingen van de industrie is van belang voor de patiënt, stelde Klink eerder. Doorzichtigheid vindt de bewindsman ook van belang voor de wetenschap. ‘Je kunt dan nagaan welke belangen met onderzoek gemoeid zijn.’

Van de veertien bedrijven die DGV aanschreef, reageerden er acht. ‘Alle reacties onderstrepen het belang van transparantie en benadrukken hoe hard daaraan gewerkt wordt. De meeste bedrijven onderbouwen hun weigering door te verwijzen naar de privacy van de deelnemende artsen en apothekers, geven aan dat de contracten niet voorzien in openbaarmaking, of stellen dat regelgeving openbaarmaking verbiedt’, liet een woordvoerster van DGV dinsdag weten.

Pfizer maakte als enige bekend hoeveel zij adviseurs betalen. Het bedrijf vergoedt 100 tot 150 euro per uur. Een vergadering waarbij de adviseurs aanschuiven, duurt 2,5 tot 3 uur. AstraZeneca meldde dat een adviesraad bestaat uit vier tot zeven leden, die twee tot drie keer per jaar bij elkaar komen.

Plaats als eerste een reactie

Ook een reactie plaatsen? Word lid van Adformatie!

Word lid van Adformatie → Login →
Advertentie