Premium

‘Wij kunnen soms wat minder verkrampt zijn in het geven van informatie’, vindt RVD-baas Stephan Schrover

‘Het is mijn verantwoordelijkheid om zoveel mogelijk te streven naar openheid, en waar dat niet kan, dat uit te leggen.’

Een kleine twee jaar is Stephan Schrover nu directeur-generaal Rijksvoorlichtingsdienst bij het ministerie van Algemene Zaken. Voor het eerst sprak Communicatie hem over zijn ambities.

Koninklijk Huis
Een uitgebreid gesprek over de crisiscommunicatie van het Koninklijk Huis is niet aan de orde. De term reputatiemanagement hanteren ze bij de RVD sowieso niet, zegt Schrover, ‘dat is meer iets voor het bedrijfsleven.’ Maar ze letten uiteraard wel goed op het beeld van het Koninklijk Huis in de brede zin van het woord. ‘Dat er een goed beeld van hun activiteiten bestaat, en van hun positie en rol in de Nederlandse samenleving en het Nederlandse staatsbestel. Daar hebben we een professionele organisatie voor.’

De eis van transparantie geldt voor iedereen. Ook het Koninklijk Huis ontkomt daar niet meer aan?
‘Zeker. Dat geeft soms spanning. Maar je ziet ook wel een verschil met hoe de koning sinds de start van zijn koningschap communiceert, in persgesprekken en in het algemeen de manier waarop hij met de samenleving communiceert. Daar worden toch wel stappen gemaakt.’

Geldt dat ook voor de RVD? Is die wat toegankelijker geworden onder Stephan Schrover?
‘Ik kan moeilijk beoordelen of dat klopt. Soms ook zit je in de machinerie van de besluitvorming en dan kun je niet altijd heel uitgebreid communiceren. In vergelijking met een vakdepartement moeten we soms eerder nee zeggen. Maar het is mijn verantwoordelijkheid om zoveel mogelijk te streven naar openheid, en waar dat niet kan, dat uit te leggen.’

Medialogica
Schrover heeft wel een paar verbeterpunten.
‘Je kunt in de huidige medialogica niet meer uren wachten voordat je reageert. Maar soms kunnen we niet meegaan in de nieuwscyclus. Het moet namelijk kloppen. In de snelheid gaat hoor en wederhoor en de verificatie van bronnen nog wel eens verloren. Dat betekent soms dilemma’s. We moeten duidelijk maken dat het niet altijd zwart-wit is, niet altijd ja of nee. De overheid is complex. Als je daar begrip voor vraagt, gaan mensen, journalisten, daar heus wel in mee. Men heeft liever dat je aangeeft op basis van welke afwegingen je een keuze maakt, dan dat je helemaal geen keuze maakt.’
En in het voorleggen van die dilemma’s, wil Schrover maar aangeven, ‘kan de overheid nog stappen zetten’.

Beleidsintimiteit
Dat geldt ook op het gebied van openheid. ‘We kunnen soms minder verkrampt zijn in het geven van informatie. Maar we moeten ook intern tegenspraak kunnen blijven organiseren. Met een lelijk woord noemen we dat hier beleidsintimiteit. Een klimaat waarin ambtenaren kunnen zeggen: zou je dat nu wel zo of zo doen, zonder dat ze het idee hebben dat het meteen in de krant staat. Want dan zeggen ze het niet meer.’

WOB-traject
Dat is een zoektocht, geeft hij toe. ‘Het kost moeite om beleidsmakers ervan te overtuigen dat het beter is soms eerder informatie te verstrekken. Het argument is steevast: Vroeger hoefden we dat nooit, waarom nu ineens wel. Maar, zeg ik dan, dan zit je het aan het einde van het WOB-traject toch met die dozen op tafel. Ga met die journalist in gesprek en kijk wat zijn vraag is. Hij wil misschien ook helemaal niet met dozen vol documenten naar huis.’

Dit is een voorpublicatie uit een groot interview met Stephan Schrover. Het grote interview volgt later.

premium

Word lid van Adformatie

Om dit artikel te kunnen lezen, moet je lid zijn van Adformatie. 15.000 vakgenoten gingen jou al voor! Meld je ook aan met een persoonlijk of teamabonnement.

Ja, ik wil een persoonlijk abonnement Ja, ik wil een teamabonnement
Advertentie