Wat kunnen we doen aan sekseongelijkheid in de top van bureaus? Dat was het thema van de debatavond 'What women want' met Kat Gordon bij 72andSunny Amsterdam.
Seksegelijkheid en diversiteit op de werkvloer zijn een veelbesproken thema in de reclamewereld. Dat gemiddeld minder vrouwen een leidinggevende functie hebben, is een feit. De Amerikaanse Kat Gordon wil dit veranderen. Zij werkte als creatief directeur bij diverse bureaus en sinds 2012 organiseert zij de 3% Conference. Dat is een evenement en internationale beweging ter bevordering van vrouwelijk leiderschap in de reclamebranche.
40 vrouwen, 3 mannen
De avond trok vooral vrouwelijk publiek. In de zaal zaten zo’n veertig vrouwen van pr-bureaus, arbeidsbemiddelaars en reclamebureaus. Slechts drie mannen kwamen naar ‘What women want’. Dit is uitzonderlijk, zegt Gordon. ‘Normaal gesproken komen ook veel mannen naar bijeenkomsten van de 3% conference. Mannen halen nog het meest uit deze events’, zegt ze. ‘Seksegelijkheid is positief voor iedereen.’
Waarom vrouwelijk leiderschap belangrijk is voor je bedrijf
Ze quote auteur en onderzoeker John Gerzema: ‘There’s an economic benefit to including the feminine voice everywhere in the world.’ (12.28 min)
Verder blijkt uit onderzoek dat het goed is voor je bedrijf om ook vrouwelijke leiders te hebben. Een analyse van 2.400 bedrijven wereldwijd door financieel dienstverlener Credit Suisse laat zien dat organisaties met minstens één vrouwelijk bestuurslid hoger rendement en een hogere netto-inkomstengroei hebben.
Moederschap
Gordon deelt drie belangrijkste oorzaken waarom vrouwen niet in leidinggevende rollen terecht komen. Struikelblok nummer één is moederschap. De meeste vrouwen gaan parttime werken zodra ze moeder zijn en dat betekent dat ze niet zo makkelijk in een leidinggevende rol terecht komen.
‘Wat dat betreft is de situatie in Amerika erbarmelijk’, zegt ze. ‘80% van de hoger opgeleide vrouwen in Amerika wordt moeder. Slechts 38% van de reclameprofessionals in de Verenigde Staten is moeder.’ (bron: eigen onderzoek van de 3% Conference)
‘Collega's verwachten dat ik minder ga werken’
Met kraamhulp en ouderschapsverlof is het in Nederland beter geregeld, maar ook hier is de balans tussen werk en ouderschap een probleem. Een zwangere vrouw in het publiek vertelt: ‘Ik merk dat veel collega's verwachten dat ik parttime ga werken.’
Vooroordelen en duobanen
Volgens Gordon moeten werkgevers zich bewust worden van vooroordelen en die opzij zetten. ‘Dat iemand moeder is, betekent niet automatisch dat ze geen grote projecten meer wil doen, niet meer naar het buitenland wil of minder hard werkt’, vertelt ze. ‘Blijf in gesprek met je werknemer.'
Ze ziet duobanen als de oplossing. ‘Ook mannen kiezen er steeds vaker voor om parttime te werken of promotie af te wijzen omdat ze meer tijd willen voor hun gezin’, vertelt ze. ‘Door mensen een baan te laten delen maak je parttime werk mogelijk voor iedereen.’ Lees meer..
Oplossing voor moeders en millennials
Verder pleit ze voor flexibele werktijden en de mogelijkheid om thuis te werken. Die mogelijkheid moet iedereen in het bedrijf hebben. ‘Zo voorkom je afgunst van andere medewerkers als ouders om vijf uur weggaan voor de kinderen. Ook mensen die trainen voor een marathon moeten flexibel kunnen werken.'
Zo'n werkomgeving heeft nog een voordeel: millennials hechten steeds meer waarde aan flexibiliteit. Het is dus ook een goede manier om als werkgever aantrekkelijk te zijn voor een jonge generatie.
"A solve for motherhood is a solve for millennials." #3percentconf
— 72andSunny (@72andSunny) 10 augustus 2017
Mannen, wees mentor
Een tweede probleem is volgens Gordon gebrek aan mentorschap. ‘De meeste leiders zijn mannen en zij nemen liever een andere man onder hun hoede’, vertelt ze. ‘Ze vinden het ongemakkelijk om een vrouw te begeleiden. Ze vragen ook liever een mannelijke dan een vrouwelijke collega mee op zakenreis.’
Haar tip voor mannen: ‘Sta open om jonge vrouwen te begeleiden. Laat je niet afschrikken door suggestieve grapjes van collega’s: vrouwelijke collega’s hebben je hulp nodig.’
Ouderwets beeld van leiderschap
De derde barrière is dat veel mensen een ouderwets beeld hebben van de eigenschappen van een goede leider. Gordon verwijst opnieuw naar het boek van Gerzema: The Athena Doctrine: How Women (and the Men Who Think Like Them) Will Rule the Future. Volgens de onderzoeker zijn vaardigheden en eigenschappen die van oudsher als ‘vrouwelijk’ gezien worden steeds belangrijker voor leiders. ‘De wereld is steeds meer verbonden. Als iedereen jouw bedrijf kent is het belangrijk om empathisch, geduldig, humaan en ethisch te handelen.’
Kan ik het wel?
Andere ‘vrouwelijke’ eigenschappen maken het moeilijk om aan de top te komen. Als mannen gevraagd worden voor een baan, presentatie of taak, zijn zij geneigd om het gewoon maar te proberen. De meeste vrouwen vragen zich eerst af: ‘Kan ik dit eigenlijk wel?’
Gordon: ‘Als een vrouw een vacature ziet en zij voldoet niet aan twee van de tien eisen, denkt ze dat ze niet geschikt is. Terwijl mannen denken: dit komt wel goed, ik voldoe aan acht van de tien.’ (bron)
Dit moeten vrouwen vooral zelf aanpakken. ‘Heb zelfvertrouwen. Als je iets wilt, ga er gewoon voor.’
And it's a wrap! Massive thanks to @katgordon for joining us. #3percentconf pic.twitter.com/8JYSwulLEx
— 72andSunny (@72andSunny) 10 augustus 2017
100 dingen
In een paar uur geeft Gordon talloze tips. Ze deelt ook deze lijst met 100 dingen die je kunt doen om vrouwelijk leiderschap te stimuleren. Het zijn tips voor mannen én vrouwen.
Mensen discussiëren over allerlei zaken waar zij als vrouw tegenaan lopen. Bijvoorbeeld: hoe ga je om met seksistische opmerkingen? Gordon: ‘Kaart het aan. Vertel op een kalme manier hoe jij je voelt bij zo’n opmerking. Geef informatie en laat je niet van je gevoel afpraten.’
"The only way we can ever shift culture is to talk about it." #3percentconf
— 72andSunny (@72andSunny) 10 augustus 2017
En hoe zorg je dat je stevig in je schoenen staat, zonder dat collega’s je een ‘bitch’ vinden? ‘Wees ten eerste altijd respectvol. Confronteer mensen en zet ze aan het denken: zouden ze op dezelfde manier reageren als er een man voor ze stond?’
