Dat zegt Ster-directeur Arian Buurman in een interview met De Telegraaf. ‘Programmaonderbrekende reclame op de publieke zenders lijkt nu ondenkbaar, maar vroeger was er ook op zondag geen Ster. Puur hypothetisch zou ik dan denken aan korte blokken en alleen in langere programma’s, dat is misschien iets prettiger voor de kijker.’
’Het merendeel van de mensen is inmiddels toch wel gewend aan commercials tijdens een film of een amusementsshow’, zegt Buurman. ‘Wij komen nu al niet aan de wettelijke norm van 10 procent, omdat we alleen tussen programma’s reclame kunnen brengen.’
Commerciële zenders mogen nu 15 procent van hun zendtijd aan reclame besteden, de publieke omroep 10 procent. Op termijn zullen de reclameregels voor de commerciële omroepen vermoedelijk nog verder worden verruimd. Buurman: ‘Als er niets verandert in de regels die voor ons gelden, zal onze concurrentiepositie verslechteren.’
Volgens de Ster-directeur vindt de Nederlander reclame ‘ongelooflijk leuk’. ‘Commercials spreken enorm tot de verbeelding. Mensen hebben het erover op straat of in de kroeg en sturen via e-mail filmpjes naar elkaar door.’
Buurman gelooft niet in een reclamevrije omroep. ‘Los van mijn eigen positie denk ik dat ’reclamevrij’ voor de publieke omroep helemaal niet goed is. Als de Ster verdwijnt, kunnen adverteerders alleen terecht bij commerciële zenders. Dat betekent dat de reclamezendtijd schaarser en dus duurder wordt. Dat heeft weer tot gevolg dat de commerciëlen meer geld binnenkrijgen en gemakkelijker dure programmarechten of presentatoren kunnen betalen. Wellicht ten koste van de publieke omroep.’
Plaats als eerste een reactie
Ook een reactie plaatsen? Word lid van Adformatie!