Trouw, in 1943 begonnen als illegale protestantse verzetskrant, is al lang niet meer de spreekbuis van de protestantse zuil die de krant na de oorlog was. Toch schrijft hoofdredacteur Cees van der Laan de groei van de 75-jarige krant toe aan trouw aan haar kernwaarden. ‘We zijn de verdieping achter het nieuws en de verbinding met onze lezers blijven zoeken.’
Een krant met een open, beschouwend en verbindend karakter, de ideale nieuwsbron voor mensen die op zoek zijn naar verdieping in hun leven. Dat is Trouw nu 75 jaar. De krant die zichzelf ‘Misschien wel de beste krant van Nederland’ durft te noemen, als pay-off bij de campagne waarmee Trouw een ode aan de twijfel bracht: ‘Wie twijfelt, kiest Trouw.’ Immers: wie op zoek is naar de waarheid, moet wel durven twijfelen.
Die gezonde twijfel heeft Trouw geen windeieren gelegd. De krant groeit sinds 2014 1 à 2 procent per jaar. Inclusief de losse verkoop heeft Trouw 110 duizend abonnees. Meer dan 20 procent heeft een digitaal of hybride (doordeweeks digitaal, in het weekend de printeditie) abonnement. En dat terwijl vorig jaar een betaalmuur is geïntroduceerd op de site.
Cees van der Laan, hoofdredacteur sinds 2014 – en al 19 jaar als journalist werkzaam bij de krant – heeft altijd geloofd in de eigenzinnige koers waarin Trouw al die jaren heeft willen excelleren, en hij heeft hem doorgezet. ‘Wij willen geen sensatiekrant zijn, maar rustig van toon, terughoudend en nadenkend. Dat heeft erin geresulteerd dat wij in elk geval bij onze achterban een groot vertrouwen genieten in de wijze waarop wij journalistiek bedrijven. Over 75 jaar bekeken, zie je dat de krant diverse malen op omvallen heeft gestaan, maar telkens weer een hardnekkige overlevingsdrift ten toon spreidde. Er zijn momenten geweest, maar dat is lang geleden, dat mensen stickers op typemachines plakten, met het idee: “Als we failliet gaan is deze in elk geval van mij.” Na 75 jaar staat er een gezonde krant die journalistiek aan de weg timmert en met vertrouwen naar de toekomst kijkt.’
Hoe ziet de achterban van Trouw eruit, wie zijn de trouwe lezers?
‘Ruim de helft bestaat uit mensen die zich christelijk noemen, de overige lezers zijn geïnteresseerd in levensbeschouwing, filosofie en religie.’
Ben je zelf christelijk?
‘Ik ben christelijk en kom ook nog wel eens in de kerk, dus ik ken die wereld goed. Dat is overigens helemaal geen vereiste om voor of bij Trouw te kunnen werken: het maakt niet uit wat je zelf denkt of gelooft, als je maar vanuit de kernwaarden van Trouw journalistiek kunt bedrijven. Die waarden zijn: barmhartigheid, het streven naar rechtvaardigheid en vrede, duurzaamheid en democratie. De samenleving vinden we belangrijk.’
Op de website van Trouw staat, bij ‘over ons’: Wij gaan liever op zoek naar oplossingen voor maatschappelijke problemen, dan dat we slechts aan de zijlijn commentaar leveren. We streven naar verbinding met onze lezers.
‘Wij experimenteren met constructieve journalistiek. Enig optimisme en het zoeken naar oplossingen horen bij ons als krant. We analyseren en duiden het nieuws, zoeken de verdieping erachter, doen veel aan onderzoeksjournalistiek. Dat is alleen maar sterker geworden sinds de opkomst van het internet. Zo zijn we in Shell gedoken, de Panama Papers en de Paradise Papers.’
Welk stempel druk jij als hoofdredacteur op Trouw?
‘Ik trek de lijn van mijn voorgangers door: in brede zin moeten we een goede krant blijven maken die bij de tijd is, fris en met veel aandacht voor onderzoeksjournalistiek. We hebben de pop-upredactie geïntroduceerd, die ter plekke wordt ingericht waar interessante actuele ontwikkelingen spelen. Zo heeft een pop-upredactie een week meegelopen in een zorginstelling en in Ede namen twee verslaggevers een week hun intrek in een wijk die door rellen geteisterd werd. Daarnaast maken wij de omslag naar online. Vorig jaar hebben we een nieuwe site en app geïntroduceerd en we werken alweer aan de opvolgers daarvan. Mensen zijn bereid voor ons te betalen; we zien een significante groei in de digitale abonnementen. Onze uitdaging is om online nog sterker te worden en tegelijkertijd de kwaliteit van de krant op hoog niveau te houden.’
Waar gaat het heen met de journalistiek in het digitale, data-gedreven tijdperk?
‘Journalistiek is nog steeds: het onderzoeken en beschrijven van de werkelijkheid. De digitale transitie vraagt nieuwe skills van journalisten. Ze moeten goed kunnen omgaan met data, sneller werken, sneller analyseren: wat betekent dit, hoe duiden we dit en hoe bieden we dit online het beste aan? Ik zie vooral kansen om te groeien en goede journalistiek te blijven bedrijven. In deze digitale tijd zijn de mogelijkheden groter om jouw merk onder de aandacht te brengen van mensen die normaal misschien niet zo snel in aanraking zouden komen met Trouw.’
Reacties:
Om een reactie achter te laten is een account vereist.
Inloggen Abonneer nu