Volgens Nederlandse kinderartsen moeten fabrikanten en marketeers in actie komen. Zij constateren een aanzienlijke stijging van overgewicht en obesitas onder minderjarigen en riepen de politiek gisteren op om maatregelen te nemen tegen reclame voor ongezonde voeding gericht op kinderen. De Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde (NVK) meldt dat bijna 400 duizend kinderen in Nederland overgewicht hebben, waarvan een kwart obesitas. Dit zorgt voor een toenemende vraag naar medicatie en langere wachttijden voor specialistische zorg.
Volgens kinderarts Lissy de Ridder is de vraag hoeveel erger het moet worden voordat de politiek ingrijpt. Zij wijst erop dat de stijgende zorgvraag het belang van wet- en regelgeving onderstreept. De Ridder vindt dat de overheid gezond gedrag onder meer kan stimuleren door reclame voor ongezond eten en drinken gericht op kinderen te verbieden. Oók in het nieuws gisteren; de Europese Commissie onderzoekt de invoering van een speciale belasting op sterk bewerkte producten met veel vet, suiker of zout. Met zo’n heffing wil Brussel fabrikanten stimuleren hun producten gezonder te maken.
Hoe reageren de gezamenlijke adverteerders (BVA) op de oproep van de kinderartsen? Kan het blijven vasthouden aan zelfregulering nu professionals in de zorg zien dat het probleem niet minder wordt, sterker nog, nu blijkt dat obesitas onder kinderen een groeiend probleem blijkt te zijn? Directeur Henriette van Swinderen geeft antwoord op vragen van Adformatie.
Hoe staat de BVA tegenover de oproep van de Nederlandse kinderartsen om een reclameverbod (of breder: marketing), in te voeren voor ongezond voedsel?
‘Wij begrijpen dat de kinderartsen de noodklok luiden over het toenemende aantal kinderen met overgewicht. Wij delen die zorg en onderschrijven dat verandering van eetpatroon noodzakelijk is en dat specifieke maatregelen nodig zijn om dat bij kinderen te bereiken.’
‘In onze ogen ligt de oplossingsrichting in een gezamenlijke aanpak van overheid, politiek en bedrijven: fabrikanten, bureaus en mediaexploitanten. Wij maken ons sterk voor een samenspel van zelfregulering in combinatie (waar nodig) met wettelijke maatregelen, dat ervoor zorgt dat gezonder gedrag op verschillende fronten tegelijk gestimuleerd wordt. Zelfregulering biedt snelheid, flexibiliteit en fijnmazigheid, zonder de hoge maatschappelijke kosten van toezicht en handhaving. We hebben daarvan in Nederland bewezen voorbeelden zoals de reclamecodes voor zelfzorg geneesmiddelen en voor alcohol, die beperkingen stellen aan marketing en reclame. Waar wettelijke borging noodzakelijk is, kan die gericht, beperkt en aanvullend zijn, zoals een verbod op verkoop op bepaalde plekken en aan jongere doelgroepen.’
‘Wij geloven niet in een losstaand reclameverbod dat kan leiden tot eindeloze discussies over criteria en dat lastig en tegen hoge kosten voor de maatschappij te handhaven is.’
Hoe staat de BVA tegenover de mogelijke invoering van een speciale belasting op sterk bewerkte producten met veel vet, suiker of zout?
‘Wij zien dat de meest effectieve aanpak is om een combinatie van maatregelen te treffen die elkaar versterken en gezamenlijk de noodzakelijke gedragsveranderingen helpen realiseren. Maatregelen om de prijs te reguleren kunnen daar onderdeel van zijn, mits deze de beoogde doelstelling ondersteunen en op Europees niveau vastgesteld worden om een gelijk speelveld te waarborgen.’
BVA zet van oudsher in op zelfregulering. Met de conclusie van de Nederlandse kinderartsen kan je vaststellen dat dat de problemen niet oplost, het wordt alleen maar erger. Welke mogelijkheden ziet de BVA om het probleem terug te dringen, zónder dat de overheid (nationaal of Europees), ingrijpt?
‘Zelfregulering is geen statisch systeem, de afspraken en codes moeten steeds aangepast worden om in de pas te lopen met maatschappelijke ontwikkelingen en voortschrijdende inzichten. Wij zetten ons er dan ook meer dan ooit voor in dat bestaande zelfreguleringafspraken vaker gereviewed en herzien worden en nieuwe tot stand gebracht worden. Dit doen we in samenwerking met een groot aantal organisaties die in de Stichting Reclame Code vertegenwoordigd zijn. De sector ziet het belang van een meer pro-actieve aanpak die naast het invoeren van noodzakelijke beperkingen ook de positieve rol erkent die reclame kan spelen bij gedragsverandering en op maatschappelijk gebied. We moeten voorkomen dat we met het invoeren van reclameverboden het kind met het badwater weggooien.’

Reacties:
Om een reactie achter te laten is een account vereist.
Inloggen Abonneer nu