Ik loop al een tijdje met het idee rond, heb er al ook al eens eerder wat over geschreven, maar het wordt tijd om tot actie over te gaan. Het is mooi geweest, we hebben het weer een jaartje of twee met ze geprobeerd, maar het wordt gewoon niks. Niets dan scherven, ruzie, achterklap en onafgemaakte waanideeën. Ze hebben hun kans gehad, tijd om het roer weer over te nemen.
Vlak voor het schrijven van dit stuk – eind september - leverde de partijleider van de boer- en burger beweging het ultieme bewijs. Denken moet je aan mensen overlaten die naar school gegaan zijn. Doe iets leuks met varkens in je achtertuin, ga soep koken, maar val ons niet lastig met je inhoudsloze en papierdunne populistische gezwam over een te hoog D66-gehalte in de Raad van State terwijl je geen benul hebt van het aantal leden – tien, twaalf? - laat staan van hun politieke voorkeuren. Als er een ding duidelijk werd uit het interview dat Caroline van der Plas aan WNL gaf, dan was het - naast het politiek-strategisch buitengewoon domme en door paniek ingegeven verrechtsen van de koers – (even ademhalen lezer) dat het hebben van alleen een Havodiploma natuurlijk heel lief en mooi en goed gedaan…maar ja, toch niet genoeg voor het echte werk Caroline. Feiten doen er toe. Met vage vermoedens en loze emoties doe je het alleen goed op X. Of bij een gelijkgestemd publiek op de boerenbraderie in Nijkerkerveen.
Vroeger, tot voor kort eigenlijk, was het eerlijk verdeeld in de wereld. Je had doeners en denkers. De doeners deden waar ze goed in waren – wegen aanleggen, de administratie verzorgen, behangen, schilderen, een woonwinkel uitbaten, veel te dure gerechten serveren in een smakeloos ingerichte horecagelegenheid. En de denkers maakten beleid. Niks mis mee, we hadden eeuwig zo door kunnen gaan. Rustig vaarwater, steady koers, iedereen gelukkig, gaaf landje. Tot de doeners zich begonnen te roeren. Wat zeg ik? Ze wilden zich e-man-ci-pe-ren. Ze voelden zich niet voldoende gehoord, niet ver-te-gen- woor-digd (met een d). Er moest meer buikgevoel in de politiek. De onvrede zocht een uitlaatklep. De wappies ontdekten zichzelf en in hun kielzog gleed steeds extremer rechts mee naar binnen.
We hebben gezien waar dat toe leidt. Een politieke teringzooi. Excusez le mot (sorry voor het woord), maar het moet me toch even van het theoretisch opgeleide hart. Wat een ongelooflijke klerebende wordt het als je de doeners de sleutels van het huis geeft.
Het is niet van de laatste twee jaar natuurlijk. We hebben het al eens eerder mee mogen maken. Ik denk aan de malloten die meeliftten met prepopulist Fortuyn. Wat een ravage en een janboel werd dat, mensen!
Het bleek een kantelmoment. Het was het moment waarop het ontzuilde volk een nieuwe stem kreeg.
Die kregen ze, waarmee we collectief afscheid namen van het intellect in het openbare leven. Vanaf dat moment was het mis. Werd het denken verdacht. Vanaf dat moment was het definitief dag met je handje tegen het vrije, wérkelijk liberale Nederland van de jaren zestig, zeventig en tachtig. Het land dat de wereld koesterde, het land waar men van Gibraltar tot Albanië en zelfs ver daarbuiten naar opkeek. Het land dat durfde, dat vooropliep, dat tolerant was, vooruitstrevend, nieuwsgierig, het land van de VPRO, van het ekspierement, dat gulle gidsland, land van euthanasie voor iedereen, van slapen in het Vondelpak, van moderne dans, gedoogbeleid en de eerste gelegaliseerde tattooshop. Dat land was er ineens niet meer. En zie waar we nu staan. Te benepen om een paar zieke kinderen op te nemen. Te klein om werkelijk Europees te denken, te bekrompen om volmondig te investeren in nieuwe energie, bang voor een paar asielzoekende vluchtelingen.
Weg…
Met dank aan het volk.
En – laten we eerlijk zijn – ook een beetje met dank aan veertien jaar Rutte.
Maar dat is voor een andere keer.

Reacties:
Om een reactie achter te laten is een account vereist.
Inloggen Abonneer nu